Rompklachten

OVERSTREKKEN

In de natuurgeneeskunde denken we minder in klachten maar veel meer in oorzaken. Natuurlijk is het fijn om te weten waarom U met uw kind naar de natuurgeneeskundig behandelaar bent gegaan,en in dit voorbeeld is dat omdat de baby zich overstrekt, maar de natuurgeneeskundig behandelaar gaat op zoek naar de oorzaak.

In mijn praktijk zie ik heel vaak kindjes/baby’s die erg overstrekken.

Wat is overstrekken?
De baby wil maar met zijn hoofd naar achteren. Ook als het bij de ouder op de arm of over de schouder gedragen wordt. Het hoofdje wordt constant naar achteren in het bedje geduwd, waardoor de buik omhoog gedrukt word. Dit gebeuren levert veel stress op in de rug en nek en hoofd van de baby en deze uit dat door onrust en huilen en maar niet in slaap kunnen komen.

Hoe ontstaat het overstrekken?
De exacte oorzaak is niet te achterhalen. Vaak zie je het na een zware, lange of juist hele snelle bevalling. Zelf heb ik het idee, dat de baby zo heeft mee gewerkt in het geboorte proces door zijn rug en nek te strekken om sneller door het geboortekanaal te schuiven, dat de baby deze strekking na de geboorte nog vast wil houden. Dit is niet meer nodig en hij mag ‘gewoon’ weer baby zijn in foetus houding, lekker in elkaar gezakt, gekruld als een zoutzakje. Zo hoort het te zijn. Ik heb ook het idee, dat door de druk die de bevalling op de achterhoofd is gekomen er een compressie in die gewrichtjes is ontstaan. Dit irriteert de baby en deze wil daar graag van af; het (over) strekken van het hoofdje is ontstaan: de baby gaat zijn nek en rugspieren aan spannen en ligt als een boog in zijn bedje.

Wat doen we eraan.
Omdat de baby zijn hoofdje naar achteren gooit is ruglig niet fijn. Daarom leg de baby op de buik. Dit doe je overdag: in de kinderwagen bak in de box. Je blijft in de buurt. Ook is zijlig erg fijn. Ook dat gaat overdag en met de stabilisator voor en achter de romp van de baby: of een grote rol achter de rug en een kleine voor de buik.
Draag je baby zo veel mogelijk in foetushouding: knieën naar de neus en laat het hoofdje naar voren leunen. Probeer het overstrekken af te remmen: liever niet de voetzolen aanraken: dit geeft een prikkel tot staan en de rug weer te – over- strekken.
In de praktijk wordt gekeken in hoeverre de baby overstrekt is: hoe verg aan de knieën naar de neus: blijven ze al ter hoogte van de navel hangen of kan het verder naar de tepel of nog verder. Ook de rotaties en de zijwaartse buiging wordt bekeken. Omdat het hele lichaam betrokken is in het overstekken, wordt het hele lichaam in de behandeling betrokken: van bekken tot en met het hoofdje. Vooral in het bekken en hoofdje vind je tijdens de behandeling meeste bewegingsbeperkingen en deze worden geprobeerd te verhelpen. Dit lukt vaak niet in èèn keer, want de situatie betstaat al een tijdje en de baby weet niet anders dan zich in de spanning te handhaven. Samen met de behandeling en de adviezen aan de ouders over tillen, dragen, voeden komt de baby tot een meer tot rustig en hoeft zich niet meer zo te overstrekken. Vaak blijven ze het hoofdje wel naar achteren gooien , maar hebben er geen last meer van!

VOORKEURSHOUDING

In de natuurgeneeskunde denken we minder in klachten maar veel meer in oorzaken. Natuurlijk is het fijn om te weten waarom U met uw kind naar de natuurgeneeskundig behandelaar bent gegaan en in dit voorbeeld gaat het om ,dat de baby scheef in zijn bedje ligt , maar de natuurgeneeskundig behandelaar gaat op zoek naar de oorzaak.

Wat is een voorkeurshouding?
Een voorkeurshouding is een houding, waarin de baby het liefste ligt en een andere houding geeft protesten. Deze houding vind je in de stand van het hoofdje naar een kant toe ,of de rug ligt als een banaan een kant op.

Hoe ontstaat een voorkeurshouding?
In de zwangerschap groeit de baby als kool en de baarmoeder wordt eigenlijk te klein voor het snel groeiende lijfje. De baby zoekt alle beschikbare ruimte op. Achter de baarmoeder staat de wervelkolom van de moeder. De baby plooit zich daarom heen. De baby ligt meer dan drie maanden in deze houding. Zo ontstaat er een zijwaartse buiging van de baby’s rug ( zie tekening 1).
Dit is in de baarmoeder geen probleem, maar zodra de baby geboren is wordt het blootgesteld aan de zwaartekracht. De baby wordt op zijn rug in zijn bedje gelegd en deze houding kan zo voortdurend blijven bestaan. Ook in de maxi-cosy zie je de baby vaak in deze houding liggen.
Door deze blijvende stand van de wervelkolom denkt de baby dat het zo hoort en gaat niet vanzelf rechtuit liggen. Op deze manier informeer je de rug dat dit zo goed is en de wervels en tussenwervelschijven groeien in deze stand. Op latere leeftijd zal het gaan rollen moeilijk gaan en als de baby wil gaan zitten, dan gebruikt hij/zijn de rug ook in deze houding en zal hij gemakkelijk vallen en kost het veel moeite om te blijven zitten. Het is dan ook heel belangrijk voor de rug om zich gestrekt te zijn.( vroeger in de middeleeuwen bonden ze de baby op een plank om te voorkomen, dat de rug scheef groeide. Die scheefheid kwam toen uit gebrek aan vitamine D ).
Ook heeft deze houding van de wervelkolom een effect op het hoofdje. Kijk maar onder het kopje”helm”, daar heb ik het verschijnsel:” het scheve hoofdje” uitgelegd.
Een goede manier om te voorkomen, dat je baby scheef wordt in de rug is om het om en om op de zij te leggen. Zo zorgt de zwaartekracht er voor, dat de rug recht blijft.
Is er een angst bij de ouder dat de baby door gaat rollen naar de buik: leg een stevige rol achter de rug en een kleine rol voor de buik. Er zijn zijlig steunen te koop.

Wat wordt er aan een voorkeurshouding gedaan?
De baby die voor een behandeling komt vanwege de voorkeurshouding laat vaak zien dat er veel spierspanning opgebouwd is om de rug in deze voorkeurshouding vast te zetten.
Tijdens de behandeling zie je dan ook, dat de rug de ene kant wel goed op wil draaien en de andere kant op veel minder. Het is dan de bedoeling dat na de behandeling de rug weer alle kanten op evengoed beweegt. De baby krijgt dan weer de vrijheid om alle kanten op te bewegen en is niet meer beperkt in zijn rug bewegingen.

tekening1

RUGKLACHTEN

In de natuurgeneeskunde denken we minder in klachten maar veel meer in oorzaken. Natuurlijk is het fijn om te weten waarom U met uw kind naar de natuurgeneeskundig behandelaar bent gegaan en in dit voorbeeld zijn dat de rugklachten, maar de natuurgeneeskundig behandelaar gaat op zoek naar de oorzaak.

Hoe komt een kind aan rugklachten.

Ook bij kinderen komen rugklachten voor. Denk maar aan het vele stoten en vallen, wat op jonge leeftijd vaak gebeurt. Dit kan problemen op leveren op latere leeftijd, als de klachten niet serieus genomen worden.
De rug bij kinderen is nog in volle ontwikkeling en pijn geeft aan, dat er een probleem zit.
Als daar niks aan gedaan wordt, bestaat er een kans, dat dit een verstoring gaat geven in de ontwikkeling in de mobiliteit van de benen, het bekken en de buik en ribbenkastorganen, die een directe invloed op de rug uitoefenen. Ook de schedel heeft invloed op de ontwikkeling van de rug en kan de oorzaak zijn van rugklachten.

Wat doen we eraan.

rugklachten

In de behandeling van het kind wordt het hele gehele lichaam onderzocht:, rug, bekken, buik, ribbenkast, nek, schedel om de oorzaak van de rugpijn te vinden en daar waar nodig is, wordt de oorzaak behandeld.
Dan is de verstoring van het evenwicht tussen de rug en de organen en de schedel hersteld en kan de verdere ontwikkeling zonder problemen verder plaats vinden en is het kind weer rugpijn vrij en kan het kind weer vrij en vrolijk buiten spelen.